AL LEEF IK LAND- EN RUSTBEROOFD

Al leef ik land- en rustberoofd,
in trouwe,
ik weet een plaatsje voor uw hoofd
waar ik u zoet aanschouwe.

Daar komt geen ander ooit te gast,
Mijn hartken heeft zijn vollen last,
in trouwe,
zijn vollen last.



74 Meidoorn, Amsterdam-Tielt (L.J. Veen - J. Lannoo) 1925, 91 p.