DE BLAUWE STAD EN HOOGE MAAN
De blauwe stad en hooge maan
schoon als wijzelven samengaan.
De sneeuw, die vóor de voeten ligt,
geeft wondren weerschijn van het licht;
en wat des harten weelde zucht
wordt zilver op de zuivre lucht.
Uw arm, mijn lieve, uw blijden arm:
Wij gaan den killen Winter warm.
49 Het boek der liefde, Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1921, 269 p.