HET VEULEN
Jong, jong paard
ligt wat graag,
straks staat op, valt niet traag,
schudt zijn manen, zwaait zijn staart.
Wil ter weide springen, wild en rasch,
hoog de hooge pooten slaan,
dan, in 't malsch geklaverd gras,
rustig naast zijn moeder staan.
Jong, jong paard valt niet traag,
maar, vermoeid, ligt wat graag.
7 Onze baby's, Amsterdam (De Hooge Brug) 1920, zonder pag.