KUS MIJN HART EN KUS MIJN MOND
Kus mijn hart en kus mijn mond
dat ik kan slapen in den grond.
Vergeet niet dat ik wacht,
vergeet niet dat ik wacht,
tot middernacht.
Keer tot mij uw aangezicht,
als ge naast mij te rusten ligt.
De nacht is lang.
61 Meidoorn, Amsterdam-Tielt (L.J. Veen - J. Lannoo) 1925, 91 p.