SUS, SUS

Sus, sus
mijn lijden niet, mijn vreugden niet.
Uw oogen laat een brandend lied,
uw ziel een diepen kus.

Is niet de liefde gansch de zon?
Zij straalt en bloedt.
Gloed moet
ik drinken uit haar laaie bron.



30 Nagelaten Gedichten, Amsterdam (G. Van Soest) 1937, 95 p.