WAARHEEN, WAARHEEN? WAARTOE, WAARTOE?
Waarheen, waarheen? Waartoe, waartoe?
De witte wind holt vast vooraan.
Het is geen gaan,
maar jagen dat ik doe.
De schaduwen dansen voor mij uit,
en wil ik wel, of wil ik niet,
een ruisend lied
wordt spelende mijn buit.
De vrije wereld zwerf ik door,
door hei en wei, langs kant en kust,
en tril van lust
als ik een jager hoor.
57 Meidoorn, Amsterdam-Tielt (L.J. Veen - J. Lannoo) 1925, 91 p.
170 Het beste uit de gedichten van De Clercq, Zeist 1932, 196 p.
47 René De Clercq. Daar is maar één land.... Hasselt 1964, 76 p.