ZAL IK KLAGEN, KLAGEN NU

Zal ik klagen, klagen nu,
om de dagen ver van u?

Zal ik toonen weeke smart
met uw oogen op mijn hart,

en uw zoenen, warm in mij,
en de groene hoop daarbij?

Klagen niet, verlangen zeer,
tot ik in uw armen keer.



30 Het boek der liefde, Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1921, 269 p.