ZONNEZUIV'RE, DONKERSCHUWE

Zonnezuiv're, donkerschuwe,
eeuwig in der eeuwen jeugd,
is al 't schoone niet het uwe?
Liefde, zegen deze vreugd.

Zend uw klare gaven neder
op twee kind'ren van uw licht;
en ons rein geluk keert weder
voor uw stralend aangezicht.



43 Nagelaten Gedichten, Amsterdam (G. Van Soest) 1937, 95 p.