De meidoorn
HET IS ZOO SCHOON ZICH ÉÉN TE WETEN
ALS IK ZAL
GESTORVEN ZIJN
MIJN SCHAMEL VUUR BRANDT LANGZAAM UIT
REGENDROPPELS
HEILIGE DRIFTEN JAGEN
NACHTEN STROOMEN
BLOED ZIEDT
KORTE LIEDJES
MIJN SCHREDE IS
ZWAAR
LIEFSTE,
HAAT DE NACHTEN NIET
WAT IS 'T DAT GIJ IN HANDEN HOUDT?
AL DE
LIEDEREN DIE IK KEN
MOEDE
MIJN
SCHOUWEN IN DE WERELD
GELUKKIG
WIE VOOR ALLEN TIJD
DONKER SMACHTEN
ZIJT GIJ UITGEBLOEID
WAARHEEN, WAARHEEN?
ZOETEKEN,
LEG UW KOPKEN DICHT
DE GROOTE ZON GAAT
ONDER
IK HEB HET KOREN NIET ZIEN BLOEIEN
ACH, UIT
OUDE KOUDE BOEKEN
DE ZON STOND
OP DE ZEE
IK
HOORDE MIJNE ZIELE GROEIEN
TOEN
IK VOOR DAUW MIJ HEENBEGAF
ZOET
STERREKEN
ZON OUTER